Alle dingen staan klaar voor het avond; alle dingen die bij een eremaaltijd passen staan klaar. Het huis is gereed om de gasten te ontvangen. Dat huis is de Kerk van het Nieuwe Testament, het is het huis van Wijsheid, waarvoor Zij zeven pilaren heeft uitgekapt (Spr. 9:1). God heeft Zijn tabernakel onder de mensen opgericht, de plaats van Zijn tent is verwijd en er is overvloedige ruimte in gemaakt, zodat, al is de tafel vol met aanzittende gasten voor het avondmaal, er toch nog plaats is (Luk. 14:22).
De tafel voor het avondmaal is gereed, aangericht in het Woord en de Sacramenten, evenals de tafel met de toonbroden in de Tempel stond met één brood voor elke stam. De Heilige Schrift is geschreven, de Canon is voltooid en daarin is de liefde van God voor mensen volledig te zien. Iedereen die voorbij loopt, kan het lezen.
Wij hebben ons kunnen wassen, net als op de bruiloft van Kana zes stenen watervaten waren neergezet voor de reiniging van de Joden (Joh. 2:6). Zodoende kan het besef van onze onreinheid ons niet verhinderen om aan deze troostrijke maaltijd deel te nemen. Voor het huis van David is een bron geopend (Zach. 13:1). Was u, opdat u door het bloed van Jezus gereinigd zult worden van een kwaad geweten en u met ootmoed, maar vrijmoedig, rondom Gods altaar mag komen.
De dienaren staan gereed om u aan het avondmaal te ontvangen. Dat zijn de leraars: het is hun werk is om u naar de Tafel te leiden en aan een ieder zijn deel te geven ter rechter tijd, het Woord der waarheid recht snijdende (2 Tim. 2:15). Zij zijn niet de heren van dit feest, maar alleen dienaren, naar het woord van Paulus: Wij zijn uw dienaren om Jezus’ wil (2 Kor. 4:5). Een deel van de gasten is reeds gekomen. Velen hebben de uitnodiging aanvaard en zijn hartelijk verwelkomd. Waarom zou dan uw plaats leeg blijven? Laat de gemeenschap der heiligen u uitdrijven tot de gemeenschap met Christus. Men staat gereed een zegen te vragen. Hij komt om het offer te zegenen (1 Sam. 9:13). De grote Hogepriester van onze Belijdenis, Die altijd leeft en voor ons tussentreedt bij de Vader en voortdurend op deze waardevolle zaken acht geeft, staat gereed om een zegen over ons geestelijk voedsel te gebieden.
De Heere van het feest is gereed u het welkom toe te roepen, gelijk ook de vader van de verloren zoon klaar stond om zijn zoon, die berouwvol terugkeerde, te ontvangen: Als hij nog verre van hem was, zag hem zijn vader (Luk. 15:20). Gods oor is open om te horen. Zijn hand is open om te geven. Zo heeft Hij beloofd: Eer zij roepen, zo zal Ik antwoorden; terwijl zij nog spreken, zo zal Ik horen (Jes. 65:24).
De voorraad is gereed voor het gebruik. Alle dingen zijn gereed: Voor onze rechtvaardigmaking. Aan Gods gerechtigheid is genoeg gedaan. Een eeuwige gerechtigheid is verworven. De Koning heeft toestemming gegeven de straf kwijt te schelden. Een genadegericht is ingesteld, waar allen die kunnen aantonen dat zij recht hebben op de algemene kwijtschelding van de straf, hun vrijbrief in ontvangst kunnen nemen. Een pleidooi is in gereedheid gebracht, een Pleitbezorger staat klaar: Hij is nabij, Die mij rechtvaardigt (Jes. 50:8).
In Aan Zijn Tafel wil Matthew Henry gemeenteleden toerusten tot het gebruik van het Avondmaal. Hij wil hen voorbereiden door hen kennis te geven van de aard van dit sacrament en door hen aan te wijzen hoe ze zichzelf moeten beproeven.