Iemand zei tegen mij: ‘Ik kan niet deelnemen aan het Avondmaal, omdat ik er niet goed genoeg voor ben.’ Daarop zei ik: ‘Ik vrees dat u zich dan toch te goed voelt om met die andere slechteriken aan één tafel te zitten. Voelde u zich maar echt slecht voor God, dan zou u juist tot Christus vluchten. Het Avondmaal is niet voor goede mensen ingesteld, maar voor mensen die eerlijk erkennen dat ze slecht zijn en die graag nieuw willen worden. Wilt u vergeving en nieuw leven ontvangen?’
Het oprechte verlangen naar en het welgemeende voornemen om God lief te hebben en de naaste als zichzelf, dat kenmerkt volgens het formulier een avondmaalsganger. De twee geboden waarin de hele wet is samengevat klinken hier. Opvallend is het beroep op het geweten en de nadruk op oprechtheid. ‘Hoe lief heb ik uw wet’, zingt de dichter van Psalm 119. Hij wordt er lyrisch van. Het komt bij ons al spoedig overdreven over. Maar al te gauw leven wij te ver bij Gods richtingwijzende Woord vandaan en zoeken wij het zelf wel uit. Tot we hopelijk tegen de lamp (v. 105) lopen…
Toen je de vorige keer opstond van de avondmaalstafel, nam je je van harte voor om voortaan met God te wandelen en dat te laten merken door je naaste niet in de kou te laten staan. Je sloot opnieuw een contract met God om je dankbaarheid jegens God te bewijzen. ‘Met je hele leven.’ Dus niet alleen met mooie woorden en liederen. De weg naar de volgende avondmaalstafel is geplaveid met onder andere dit goede voornemen dat voortkomt uit een oprechte dankbaarheid voor de ontvangen vergeving en vernieuwing.
Heere, omdat U zo onbegrijpelijk goed bent voor mij, wil ik U zielsgraag liefhebben en in harmonie met mijn naasten leven. Laat dit niet alleen een gevoel zijn wat bij de eerste de beste tegenwind weer wegwaait, maar grif dit voornemen zó in mijn wil in, dat ik niet meer van loskom. Ik besef een beetje wat het U gekost heeft om mij te laten willen zoals U wilt dat ik leef. Ik besef veel meer hoe snel ik weer geneigd ben om mijn contract met U op te zeggen. Haat en nijd liggen mij meer dan liefde en blijdschap. En – eerlijk gezegd – er zijn zulke lastige medemensen. Zelfs medechristenen kunnen soms zo onuitstaanbaar schijnheilig zijn. Maar wie ben ik?
O God, geef mij een oprecht hart. Laat mij een christen zijn uit één stuk met uitstraling. Laat onze gemeente veel van Uw goedheid weerspiegelen. Help onze predikanten om goede teksten uit te kiezen voor de komende diensten van voorbereiding, viering en nabetrachting van het Avondmaal. De wereld snakt naar authentieke christenen. Help in het bijzonder hen die werkzaam zijn in de politiek, bij de media, in het onderwijs en in de zorgsector.
De vieringen van het Heilig Avondmaal zijn hoogtepunten voor de gemeente van Christus. De liefde tot God, de onderlinge gemeenschap en het persoonlijk geloofsleven worden gevoed. Daarom zijn veel christenen op zoek naar meer toerusting rond de viering van dit sacrament, want ze willen dit hoogtepunt dieper beleven. Dit boek komt daaraan tegemoet.