Ware godsdienst

Ik wil de here zingen, omdat Hij mij heeft welgedaan. (Ps. 13:6)

Wanneer uw dagen vervuld zijn en u bij uw vaderen te ruste bent gegaan, dan zal Ik uw nakomeling, uw eigen zoon, na u doen optreden. Die zal mijn naam een huis bouwen en Ik zal zijn koninklijke troon voor immer bevestigen. Ik zal hem tot een vader zijn, en hij zal Mij tot een zoon zijn. Uw huis en uw koningschap zullen voor immer bestendig zijn voor uw aangezicht, uw troon zal vast staan voor altijd (2 Sam. 7:12-16). Dat is voor David een geweldige bemoediging, waar hij God voor gaat danken. Toen ging koning David naar binnen, zette zich neder voor het aangezicht des heren en zei: Wie ben ik, Here here, en wat is mijn huis, dat U mij tot hiertoe gebracht hebt? En dit was nog te weinig in uw ogen (2 Sam. 7:18-19). Hoe diep moet dat woord in het hart van David zijn gedaald.

Opdrachten